21-12-2022 Tegemoetkoming Energiekosten (TEK)

Aanvragen vanaf het eerste kwartaal
De precieze datum van aanvragen wordt later bekend. Het zal in het eerste kwartaal van 2023 zijn.

Voor wie is TEK?
U komt in aanmerking voor TEK als de energiekosten van uw mkb-onderneming minimaal 7% van de omzet zijn. Er is geen eis meer aan de minimumhoeveelheid die u jaarlijks verbruikt. We toetsen of u aan deze 7% voldoet. Dit berekenen we zo:

• Het gas- en elektriciteitsverbruik toetsen we via het standaard jaarverbruik en de jaarafname. Dit is een nauwkeurige verwachting van het verbruik van het komende jaar. Deze gegevens vragen we op bij de netbeheerders. De peildatum is 1 januari 2023;
• We rekenen met een modelprijs voor gas en elektriciteit. Dit is het gemiddelde van het vierde kwartaal van 2022 van de door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gepubliceerde gas- en elektraprijzen voor consumenten. Deze prijs maken we in januari 2023 bekend;
• Uw jaaromzet. Deze bepalen we aan de hand van omzetgegevens over het jaar 2022.

Aanvragen met terugwerkende kracht
U kunt de TEK vanaf het eerste kwartaal van 2023 met terugwerkende kracht aanvragen. De subsidie is een compensatie van 50% van de energiekostenstijging boven de drempelprijs. De stijging van de kosten moet wel hoger zijn dan een bepaald minimumbedrag.
De subsidieperiode loopt van 1 november 2022 tot en met 31 december 2023. Na uw aanvraag nemen we zo snel mogelijk een besluit. Als u recht heeft op deze regeling ontvangt u binnen een week 60% van de maximale subsidie als voorschot.
Wanneer we de definitieve subsidie berekend hebben (vaststelling) bepalen we de definitieve hoogte van de subsidie. Alle ontwikkelingen en het laatste nieuws vindt u op: www.rvo.nl/tek.

Eindejaarstips 2022

Tips voor ondernemers in de inkomstenbelasting

  1. Controleer uw urenadministratie

U kunt als IB-ondernemer in aanmerking komen voor bepaalde soorten ondernemersaftrek indien u voldoet aan het urencriterium (o.a. zelfstandigenaftrek en meewerkaftrek); daarnaast kunt u (dit jaar voor het laatst) toevoegen aan de oudedagsreserve. Om aan het urencriterium te voldoen, dient u in beginsel in het kalenderjaar minimaal 1.225 uren aan uw onderneming te besteden.

Let op

Indien u niet het hele kalenderjaar ondernemer bent, omdat u bijvoorbeeld in de loop van het jaar bent gestart, moet u toch minimaal 1.225 uren aan uw onderneming besteden.

Tip

Ga in uw administratie na of alle uren zijn meegenomen. Naast de uren die u besteedt aan uw klanten kunt u ook uren die u maakt voor het bijhouden van uw administratie en bijvoorbeeld uw website meenemen.

  1. Profiteer nog van de zelfstandigenaftrek

Indien u voldoet aan het urencriterium dan kunt u uw winst uit onderneming verlagen met de zelfstandigenaftrek. Deze bedraagt dit jaar € 6.310 (exclusief eventuele starterstoeslag ad € 2.123).

Let op

Het belastingvoordeel van de zelfstandigenaftrek is beperkt omdat het maximale tarief voor aftrek 40% is. Dit betekent dat u minder belastingvoordeel heeft van deze aftrekpost. Daarnaast wordt het bedrag van € 6.310 in vijf jaar tijd afgebouwd naar € 900 en gaat het maximale tarief voor aftrek in 2023 verder omlaag naar circa 37%.

  1. Denk na over de afwikkeling van de fiscale oudedagsreserve

U kunt alleen dit jaar nog een deel van de jaarwinst toevoegen aan uw oudedagsreserve. Dit betekent dat u dan een bepaald bedrag van de winst mag aftrekken. De toevoeging aan uw oudedagsreserve is dit jaar 9,44% van de winst, met een maximum van € 9.632.

Let op

Vanaf 1 januari 2023 kan de oudedagsreserve verder niet meer worden opgebouwd. De stand wordt dan ‘bevroren’. Dit betekent dat u zich moet voorbereiden op het vrijvallen van de opgebouwde oudedagsreserve tot en met 31 december 2022 in de toekomst. Hier bent u dus later nog inkomstenbelasting over verschuldigd.

Tip

Ga na of u de opgebouwde fiscale oudedagsreserve om kan zetten in lijfrente.

  1. Maak gebruik van de mkb-winstvrijstelling

U kunt  als ondernemer in de inkomstenbelasting gebruik maken van de mkb-winstvrijstelling. Deze bedraagt 14% van de winst, nadat u deze hebt verminderd met de ondernemersaftrek.

Let op

Wees erop voorbereid dat de aftrek van de mkb-winstvrijstelling beperkt is. Het maximale tarief voor aftrek is in 2022 namelijk 40%. Dat betekent dat u minder belastingvoordeel heeft van deze aftrek als uw winst tegen het toptarief wordt belast (in 2022 49,5%).

  1. Verreken uw verlies uit onderneming

Uw ondernemingsverlies in 2022 verrekent u eerst met eventuele positieve inkomsten uit box 1 uit hetzelfde jaar, bijvoorbeeld met uw loon of lijfrente-uitkeringen. Daarna dient een verlies uit box 1 verrekend te worden met positieve box 1-inkomsten uit de drie voorafgaande jaren (carry back) en met positieve box 1-inkomsten uit de negen volgende jaren (carry forward).

Let op

Verliezen die u niet middels carry back of carry forward kunt verrekenen, verdampen en komen dus niet meer voor verrekening in aanmerking. U kunt ook niet uw verliezen uit box 1 verrekenen met positieve resultaten uit aanmerkelijk belang (box 2) en sparen en beleggen (box 3). U bent uw verliezen dan ook kwijt.

  1. Pas middeling toe

Wisselen uw inkomsten uit uw onderneming? Dan kan het zijn dat u per saldo meer belasting betaalt dan wanneer dit inkomen gelijkmatig over de jaren verdeeld zou zijn. In dat geval kunt u de middelingsregeling toepassen. Deze regeling wordt volgend jaar (waarschijnlijk) afgeschaft. De laatste periode waarover gemiddeld kan worden is dan 2022-2023-2024.

Bij toepassing van de middelingsregeling telt u het inkomen uit box 1 van drie aaneengesloten kalenderjaren bij elkaar op en deelt u dit door drie. Daarna berekent u hoeveel belasting (inkomstenbelasting en premie volksverzekering zonder heffingskorting) u in elk jaar over dit berekende gemiddelde inkomen zou moeten betalen. U vergelijkt dit met de werkelijk door u betaalde belasting over die drie jaren. Indien het verschil meer dan € 545 bedraagt, kunt u voor dit meerdere een teruggaaf krijgen.

Let op

U moet de Belastingdienst schriftelijk verzoeken om middeling. Denk goed na over welke kalenderjaren u in de middeling wilt betrekken. Een jaar kan namelijk maar één keer in een middeling mee.

Tips voor de BV- en IB-ondernemer

  1. Voorkom vrijval herinvesteringsreserve

Indien u een herinvesteringsreserve gevormd heeft voor de boekwinst bij de vervreemding van een bedrijfsmiddel, moet u in beginsel die reserve opnemen in de winst als u na drie jaar na het jaar van vervreemding nog geen herinvestering heeft gedaan.

U kunt onder voorwaarden vrijval van de herinvesteringsreserve in de winst voorkomen indien u al een begin heeft gemaakt met de investering, maar deze door bijzondere omstandigheden, zoals de coronacrisis, is vertraagd.

Tip

Ga na of u aan de voorwaarden voldoet om vrijval te voorkomen. Zo ja, leg dit dan goed vast.

  1. Maak gebruik van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek

Om dit jaar in aanmerking te komen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek moet u een bedrag tussen € 2.401 en € 332.994 investeren in bedrijfsmiddelen voor uw onderneming. Het bedrag dat u mag aftrekken, hangt af van het totale geïnvesteerde bedrag in dit jaar. Indien u bijvoorbeeld € 2.401 investeert dan kunt u uw winst verlagen met 28% van het investeringsbedrag.

Tip

Ga na hoeveel u al heeft geïnvesteerd in bedrijfsmiddelen dit jaar die in aanmerking komen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. Mocht u optimaal gebruik willen maken van hogere aftrekpercentages dan loont het soms om geplande investeringen dit jaar nog te doen of juist naar volgend jaar te verschuiven. Kijk daarvoor in de tabel.

  1. Pas op voor de desinvesteringsbijtelling

Bent u van plan een bedrijfsmiddel te verkopen? Ga dan na wanneer dit bedrijfsmiddel is aangeschaft. Indien u namelijk voor dit bedrijfsmiddel korter dan vijf jaar geleden de investeringsaftrek hebt toegepast dan kan het zijn dat u een deel van die aftrek moet terugbetalen.

Tip

Ga in uw administratie na of de aankoop van het bedrijfsmiddel waarvoor u investeringsaftrek heeft genoten, heeft plaatsgevonden in de periode 2018 tot en met 2022. Zo ja, dan is in beginsel desinvesteringsbijtelling verschuldigd over de overdrachtsprijs.

  1. Maak gebruik van energie-investeringsaftrek

Heeft u geïnvesteerd of gaat u nog investeren in energiezuinige bedrijfsmiddelen en duurzame energietechnieken? Maak dan gebruik van de energie-investeringsaftrek. U kunt namelijk voor die investeringen 45,5% van de investeringskosten aftrekken van de fiscale winst. Het minimale investeringsbedrag is € 2.500 per bedrijfsmiddel. Het totale maximuminvesteringsbedrag is € 128 miljoen.

Let op

De energiezuinige bedrijfsmiddelen moeten wel voorkomen op de Energielijst. En de investering moet tijdig worden aangemeld bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), binnen drie maanden na aangaan investeringsverplichting.

  1. Ga na of u milieuvriendelijk investeert

Heeft u geïnvesteerd of gaat u nog investeren in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen voor minimaal € 2.500 per bedrijfsmiddel? Ga alvast na of u in aanmerking komt voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen. U geniet dan van de fiscale voordelen. Zo kunt u, indien u aan de voorwaarden voldoet, uw fiscale winst verlagen tot 45% van het investeringsbedrag met de milieu-investeringsaftrek. Met de willekeurige afschrijving milieu-investeringen kunt u een investering op een willekeurig moment afschrijven. De willekeurige afschrijving is beperkt tot 75%. Door sneller afschrijven vermindert u de fiscale winst in een eerder jaar, waardoor er ook eerder een belastingvoordeel ontstaat.

Let op

Ga na of de milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen op de Milieulijst staan. Op deze lijst staan namelijk alle bedrijfsmiddelen die in aanmerking komen voor de milieu-investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving milieu-investeringen. U kunt voor hetzelfde bedrijfsmiddel geen energie-investeringsaftrek en milieu-investeringsaftrek krijgen. Ook hier geldt: binnen drie maanden moet de investering zijn aangemeld bij RVO.

  1. Vorm een egalisatiereserve

De egalisatiereserve is een fiscaal aantrekkelijke reservering voor toekomstige kosten waar u als ondernemer gebruikt van kunt maken indien u voldoet aan de voorwaarden. U kunt dit jaar nog een deel van uw winst reserveren in een egalisatiereserve voor toekomstige kosten en lasten van de bedrijfsuitoefening. Het gaat om kosten die pas in de toekomst tot een piek in uitgaven leiden, bijvoorbeeld kosten voor onderhoud van uw pand.

Let op

U kunt meerdere egalisatiereserves opnemen in uw winstaangifte. Dit kan bijvoorbeeld als uw onderneming te maken krijgt met meerdere toekomstige piekuitgaven voor kosten van bedrijfsmiddelen. Bij achterstallig onderhoud is het soms ook mogelijk een voorziening voor de kosten te vormen, wat fiscaal vaak voordeliger uitpakt dan de vorming van een egalisatiereserve.

  1. Breng uw zakelijke kosten in kaart

U kunt uw zakelijke kosten aftrekken van uw opbrengsten en zo uw winst verlagen. Breng uw zakelijke kosten in kaart, ook als die door u in privé zijn betaald. Denk bijvoorbeeld aan de volgende kosten:

  • inschrijving in het handelsregister;
  • huur van bedrijfsruimte;
  • kantoorbenodigdheden;
  • onderhoudskosten;

Let op

Zolang de kosten de zakelijke belangen van uw onderneming dienen kunt u deze als zakelijk verantwoorden. Soms geldt een uitsluiting van aftrek, zoals bij boetes en werkruimte thuis. Voor bepaalde kosten geldt een beperking van de aftrek, zoals bij relatiegeschenken, studiereizen en dubbele huisvesting.

  1. Maak gebruik van de WBSO

Houdt u zich bezig met research & development of technisch-wetenschappelijk onderzoek? Dan kunt u wellicht belastingvoordeel realiseren vanuit de WBSO (Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk). Ga na of u hiervoor in aanmerking kunt komen.

Let op

Zowel ondernemers die werknemers in dienst hebben als ondernemers in de inkomstenbelasting, kunnen van deze regeling gebruik maken. Via de WBSO wordt een deel van de loonkosten vergoed van uw S&O-project. Ondernemingen met personeel kunnen daarbovenop een aftrek ontvangen over andere kosten en uitgaven van het S&O-project, zoals de inkoop van materialen. Zzp’ers ontvangen een vaste aftrek van € 13.360; voor starters is de aftrek € 20.044 (onder voorwaarden).

  1. Ruim uw administratie op

Uw administratie moet u zeven jaar bewaren.  Ga na of u uw administratie op orde heeft. De administratie over 2015 kunt u vernietigen per 31 december 2022.

Tip

Maak afspraken met de Belastingdienst over uw administratie en leg deze schriftelijk vast. De basisgegevens uit uw administratie, zoals bijvoorbeeld de debiteuren- en crediteurenadministratie, de in- en verkoopadministratie en het grootboek, moet u altijd zeven jaar bewaren. Voor de overige gegevens kunt u afspraken maken over kortere bewaartermijnen. Daarnaast kunt u ook afspraken maken over de vorm waarin u de gegevens bewaart (digitaal of op papier). En hoe gedetailleerd u die bewaart (bijvoorbeeld dagstaten of telstroken van de kassa).

Tips voor de BV

  1. Pak uw winst nog dit jaar

Bent u van plan om een bedrijfsmiddel met winst te verkopen? Doe dat dit jaar nog. Zo zal deze winst nog belast zijn tegen het tarief van 15% (tot € 395.000 winst, daarboven € 25,8%). Laat u uw winst in 2023 vallen dan wordt deze belast tegen een tarief van 19% (tot € 200.000 winst, daarboven € 25,8%).

  1. Toets zakelijkheid leningen

Heeft uw BV leningen verstrekt aan de aandeelhouder? Dan is het raadzaam om de leningsovereenkomsten onder de loep te nemen en na te gaan of deze leningen voldoen aan zakelijke voorwaarden. U dient dus ook te toetsen of sprake is van een zakelijke rentepercentage.

Tip

Ga na hoeveel leningen er verstrekt zijn aan de aandeelhouder met een aanmerkelijk belang en hoe hoog het bedrag is. U kunt namelijk vanaf 31 december 2023 (het toetsingsmoment) nog slechts tot € 700.000 onbelast lenen aan de aandeelhouder en diens partner, zonder dat een dividenduitkering wordt aangenomen (op grond van de Wet Excessief Lenen). Daartoe behoren niet leningen voor de eigen woning (onder bepaalde voorwaarden). U kunt zich daar nu al op voorbereiden.

  1. Snel stoppen met turboliquidatie

Verkeert uw BV in zwaar weer? Dan kunt u onder voorwaarden op een snelle manier uw BV ontbinden door middel van turboliquidatie. U mag een turboliquidatie alleen uitvoeren als er geen baten meer in de onderneming zitten. Dat wil zeggen dat de rechtspersoon geen activiteiten meer uitvoert en geen bezittingen meer heeft.

Let op

U moet de turboliquidatie ook doorgeven aan de Kamer van Koophandel. Als er achteraf nog schulden blijken te zijn, dan bestaat het risico dat de bestuurder (in privé) aansprakelijk wordt gesteld.

Tip

Ga na wat de mogelijkheden zijn voor uw BV. Voor de vennootschapsbelasting moet u nog wel rekening houden met het afhandelen van uw pensioen- en lijfrentevoorziening. Ook dient u een eventuele rekening-courantverhouding met de directeur-grootaandeelhouder te verrekenen.

  1. Maak gebruik van de innovatiebox

Houdt u zich bezig met innovatief onderzoek? Ga dan na of u in aanmerking kunt komen voor de innovatiebox. Alle winsten die u behaalt met innovatieve activiteiten waarvoor een S&O-verklaring is afgegeven, vallen in deze box. Het tarief van de vennootschapsbelasting voor deze winsten is 9%.

Indien u innovatieverliezen behaalt dan vallen deze niet onder het lagere tarief van de innovatiebox. Deze verliezen zijn aftrekbaar tegen het normale tarief.

  1. BV inruilen voor een IB-onderneming

Ga na of het nog aantrekkelijk is om als BV door te gaan of om de onderneming om te zetten naar een IB-onderneming. Weeg de voor- en nadelen tegen elkaar af. Denk bijvoorbeeld voor de BV aan de komende wijzigingen:

  • Tariefsverhoging van 15% naar 19% en de grensverlaging van € 395.000 naar € 200.000 in 2023 (daarboven blijft het tarief 25,8%).
  • Verhoging gebruikelijk loon voor directeur-grootaandeelhouder (doelmatigheidsmarge van 25% wordt afgeschaft).
  • Wijziging tarieven in box 2 waarbij hoogste tarief naar 31% gaat voor voordelen boven de € 67.000 in 2024.

Fiscale nadelen IB-ondernemer:

  • Jaarlijkse verlaging zelfstandigenaftrek.
  • Geen opbouw meer oudedagsreserve vanaf 2023.
  1. Fiscaal voordeel fiscale eenheid

Ga na of een fiscale eenheid  voor de vennootschapsbelasting fiscaal voordeel biedt. Bij een fiscale eenheid worden namelijk de resultaten van de dochtermaatschappij toegerekend aan de moedermaatschappij. Een voordeel hiervan is dat u de verliezen van een maatschappij kunt verrekenen met winsten van een andere maatschappij die in dezelfde fiscale eenheid is gevoegd.

Let op

Om een fiscale eenheid te vormen doet u een verzoek om een fiscale eenheid. Een fiscale eenheid kan nadelig uitpakken als de totale winst van de afzonderlijke maatschappijen boven de € 200.000 uitkomt in 2023. Daarboven is 25,8% vennootschapsbelasting verschuldigd. Het kan dan voordelig uitvallen, indien de maatschappijen individueel in de heffing worden betrokken, waarbij de winst per maatschappij beneden de € 200.000 blijft. Het tarief vennootschapsbelasting bedraagt dan slechts 19% in 2023. Doe dan tijdig (uiterlijk 31 december 2022) een verzoek om verbreking van de fiscale eenheid.

  1. Pak uw schulden aan

Indien uw BV de belastingschulden niet of niet op tijd kan betalen, dient u een schriftelijke melding van betalingsonmacht te doen bij de Belastingdienst. Het gaat om de volgende belastingen en heffingen die niet of niet op tijd betaald kunnen worden:

  • loonheffingen;
  • btw;
  • accijns;
  • verbruiksbelastingen van alcoholvrije dranken en pruim- en snuiftabak;
  • afvalstoffenbelasting;
  • belasting op leidingwater;
  • belasting op kolen;
  • energiebelasting;
  • minimum CO2-prijs elektriciteitsopwekking;
  • CO2-heffing industrie;
  • vliegbelasting;

Let op

Indien geen melding van betalingsonmacht wordt gedaan, kunnen de bestuurders in privé aansprakelijk worden gesteld voor de belastingschulden van de onderneming. Vaak is er ook een verplichting tot melding van betalingsonmacht bij UWV en pensioenfonds.

Tips voor de werkgever

  1. Gerichte vrijstelling voor thuiswerken

Maak voor uw werknemers die thuiswerken gebruik van de gerichte vrijstelling voor thuiswerkkosten. Zo komt u uw werknemer tegemoet in de extra kosten van thuiswerken door een vrijgestelde vergoeding van maximaal € 2 per thuisgewerkte dag toe te kennen. In 2013 wordt deze vergoeding geïndexeerd en komt dan naar verwachting uit op € 2,13.

Let op

U kunt niet én een reiskostenvergoeding én een thuiswerkvergoeding voor dezelfde gewerkte dag belastingvrij toekennen. Ook niet indien uw werknemer die dag een halve dag op kantoor werkt en een halve dag thuis.

  1. Benut de werkkostenregeling optimaal

U mag het bedrag in de vrije ruimte van de werkkostenregeling onbelast besteden aan vergoedingen en verstrekkingen voor uw werknemers. Dit jaar is de vrije ruimte 1,7% over het fiscale loon tot en met € 400.000; die wordt naar verwachting in 2023 verhoogd naar 3%. Over het bedrag van de loonsom boven € 400.000 is en blijft de vrije ruimte 1,18%.

Let op

Houd er rekening mee dat, als u uitkomt boven de grens van de vrije ruimte, 80% eindheffing is verschuldigd.

Tip

U kunt uw administratie alvast voorbereiden op meer mogelijkheden in de vrije ruimte aangezien het voorstel is om de vrije ruimte te verruimen tot 3% over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom.

  1. Neem uw loonadministratie onder de loep

Ga na of uw loonadministratie voldoet aan de door de Belastingdienst gestelde voorwaarden. U moet namelijk de juiste gegevens kunnen verstrekken aan de Belastingdienst (bij een boekenonderzoek). Daarom dient u ook alle vereiste gegevens van de werknemer te administreren en een loonstaat aan te leggen. Daarnaast moet u de werknemers een loonstrook en een jaaropgaaf verstrekken.

 

Let op

U mag in verband met privacywetgeving het burgerservicenummer niet meer op de loonstrook opnemen. Ga na of u dit zo ingericht heeft in uw loonadministratie.

  1. Let op bijtelling auto van de zaak

U dient als werkgever een bijtelling op het loon in acht te nemen voor het ter beschikking stellen van een auto van de zaak aan uw werknemer, indien uw werknemer per jaar meer dan 500 kilometer privé rijdt. De bijtelling is een percentage van de cataloguswaarde van de auto. Dit jaar zijn er twee tarieven voor de bijtelling: 16% en 22%. In beginsel geldt het tarief van 22%, tenzij het gaat om elektrische auto’s die in 2022 op naam zijn gezet. Dan geldt een tarief van 16%. Dit percentage geldt tot het drempelbedrag van € 35.000 (in 2023: € 30.000). Indien de auto een hogere catalogusprijs heeft, geldt voor elke euro erboven een bijtelling van 22%.

Tips voor de dga

  1. Geef gegevens eigenwoninglening door

Heeft u als directeur-grootaandeelhouder geld geleend van uw BV voor uw eigen woning? Dan kunt u  onder voorwaarden de betaalde rente in aftrek brengen in box 1. Ga na of u voldoet aan de voorwaarden.

Let op

Om renteaftrek te krijgen, dient u de  gegevens van de eigenwoninglening door te geven via uw aangifte Inkomstenbelasting. Deze verplichting geldt alleen voor leningen die zijn afgesloten vanaf 1 januari 2013.

  1. Houd rekening met een hoger gebruikelijk loon

Dit jaar mag het loon van de directeur-grootaandeelhouder onder omstandigheden nog 25% lager zijn dan het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Deze ‘doelmatigheidsmarge’ wordt in 2023 geheel afgeschaft. U zult dus uit moeten gaan van een hoger loon en hier ook op voorbereid zijn. Het loon voor de loonheffingen moet dan worden vastgesteld op het hoogste van de volgende bedragen:

  1. 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking;
  2. het loon van de meest verdienende werknemer binnen de onderneming of een daarmee verbonden lichaam;
  3. € 48.000 (dit is het bedrag uit 2022, kan in 2023 hoger zijn).
  4. Houd rekening met gebruikelijk loon innovatieve start-ups

U kunt als innovatieve start-up alleen dit jaar nog het gebruikelijk loon stellen op het wettelijk minimumloon. U moet zich dan ook voorbereiden op een hoger gebruikelijk loon in 2023 en uw administratie daarop aanpassen.

Tip

U kunt de Belastingdienst verzoeken rekening te houden met een lager gebruikelijk loon als de continuïteit van de onderneming in gevaar is.

  1. Dividenduitkering aantrekkelijk of niet

Ga na of het fiscaal aantrekkelijk is om een dividenduitkering te ontvangen. De dividenduitkering valt dit jaar en volgend jaar nog onder het vlak tarief van 26,9%. Per 2024 worden twee schijven geïntroduceerd, met een basistarief van 24,5% voor de eerste € 67.000 aan box 2-inkomen en een toptarief van 31% over het meerdere.

Let op

Afhankelijk van de hoogte van de dividenduitkering is het wellicht aantrekkelijk om de dividenduitkering dit jaar te doen of juist uit te stellen.

Btw-tips

  1. Kies het juiste btw-tarief

De btw heeft verschillende tarieven. Welk btw-tarief u moet toepassen, hangt af van het soort goederen of diensten dat u levert. U kunt de volgende tarieven tegenkomen: 21% btw, 9% btw, 0% btw. Ook kan een levering of dienst vrijgesteld zijn van btw.

Let op

Bij zowel de vrijstelling als het 0%-tarief draagt u terzake van de betreffende levering geen btw af. Er is wel een verschil in aftrek van voorbelasting. Bij toepassing van het 0%-tarief kunt u de voorbelasting in aftrek brengen terwijl bij een vrijstelling de voorbelasting niet in aftrek kan worden gebracht.

  1. Vergeet de btw-correcties niet

Houd u er rekening mee dat u in de laatste btw-aangifte bepaalde correcties uit moet voeren. Denk aan bijvoorbeeld correcties voor privégebruik auto. Dit betekent dat u voor iedere auto die privé wordt gebruikt als hoofdregel een forfaitaire correctie van 2,7% van de cataloguswaarde van de auto aan moet geven.

Tip

Ga in uw administratie na waar u nog correcties voor de btw moet doorvoeren. Doe – indien nodig – ook tijdig een suppletie-aangifte.

  1. Houd uw btw-administratie bij

U bent als ondernemer verplicht voor de btw een administratie bij te houden en te bewaren, zodat die door de Belastingdienst gecontroleerd kan worden. Ga na of uw administratie voldoet aan de regels. Neem daarbij ook uw facturenadministratie in acht en houd rekening met:

  • Het opmaken van facturen voor alle goederen en diensten die u aan andere ondernemers levert.
  • Het opsturen van facturen indien u een vooruitbetaling hebt gekregen voor leveringen van goederen en diensten. Bij vooruitbetalingen voor intracommunautaire leveringen van goederen hoeft u geen factuur te sturen.
  • Het vermelden van de verplichte gegevens op uw facturen.
  • Het versturen van de facturen uiterlijk op de vijftiende dag van de maand die volgt op de maand waarin u hebt geleverd of de dienst is verricht.

Let op

U moet al uw facturen bewaren, minimaal zeven jaar.

 

  1. Let op oninbare vorderingen

Ga uw btw-administratie na voor facturen die niet of niet volledig betaald zijn en die ook niet meer betaald zullen worden. Een factuur wordt in ieder geval als oninbaar beschouwd uiterlijk één jaar na de uiterste betaaldatum. Breng deze in kaart en vraag de btw terug die u over deze oninbare vordering hebt aangegeven en betaald.

Let op

U heeft ook recht op teruggaaf van btw indien u achteraf een prijsvermindering of volledige kwijtschelding verleent, of de overeenkomst voor het leveren van de prestatie wordt verbroken.

Het bedrag van de teruggaaf door een oninbare vordering, prijsvermindering, volledige kwijtschelding of door het verbreken van de overeenkomst, verwerkt u in de aangifte over het tijdvak waarin de situatie zich heeft voorgedaan.

Tips voor belastingplichtigen

  1. Vervang gewone giften door periodieke giften

Overweeg om uw gewone giften om te zetten in periodieke giften. Voor gewone giften geldt namelijk een drempel en een maximum. Het drempelbedrag voor gewone giften is 1% van uw drempelinkomen met een minimum van € 60. Wat u meer hebt betaald dan dit drempelbedrag, mag u aftrekken. Het drempelinkomen is het totaal van uw inkomsten en aftrekposten in box 1, 2 en 3, maar zonder uw persoonsgebonden aftrek. U mag niet meer aftrekken aan gewone giften dan het maximum: 10% van uw drempelinkomen. Er geldt geen drempel en geen maximumbedrag voor periodieke giften; let wel op de voorwaarden die daarbij gelden.

  1. Doe een gift aan een culturele ANBI

Indien u een gift aan een culturele ANBI doet, krijgt u hiervoor extra aftrek. Wanneer u uw aftrek berekent, kunt u de gift aan een culturele ANBI verhogen met 25%. Voor deze verhoging  geldt een maximum van € 1.250.

Let op

De extra aftrek geldt zowel voor een gewone gift of een periodieke gift, of beide. Voor gewone giften geldt wel het drempelbedrag en het maximum. De verhoging die u krijgt voor de gift telt niet mee voor de berekening van uw maximum voor gewone giften.

  1. Verras uw (klein)kinderen met een schenking

Profiteer ook dit jaar van de schenkvrijstelling in de schenkbelasting. U kunt namelijk uw kinderen ieder belastingvrij € 5.677 schenken en uw kleinkinderen of derden € 2.274. Daarnaast geldt dit jaar voor kinderen tussen 18 en 40 jaar een eenmalige verhoging van dit bedrag tot:

  • € 27.231, mag het kind zelf beslissen over wijze van besteding;
  • € 56.724, bedrag moet gebruikt worden voor studie;
  • € 106.671, bedrag moet gebruikt worden voor eigen woning (koop, verbouwing, aflossing eigen woningschuld).

Tip

Stel de schenking niet langer uit, omdat de eenmalige schenking van € 106.671 ten behoeve van de eigen woning in 2023 verlaagd wordt naar € 28.947 en per 2024 helemaal wordt afgeschaft. Maak er daarom nu nog gebruik van.

  1. Dien tijdig verzoek tot ambtshalve vermindering box 3 in

Mogelijk zijn uw aanslagen inkomstenbelasting voor box 3 over de jaren 2017 t/m 2020 te hoog, omdat uw werkelijk rendement lager was dan het fictieve rendement en heeft u de bezwaartermijn van zes weken laten verlopen. U kunt dan een verzoek om ambtshalve vermindering indienen.

De koepelorganisaties zijn nog in overleg met het ministerie van Financiën over een oplossing waarbij het niet nodig is om dit verzoek in te dienen én de rechten van de belastingplichtigen voldoende zijn beschermd. De Kamerbrief die 4 november 2022 hierover is gepubliceerd dekt voor u wellicht niet helemaal de lading. Mocht u op dit punt geen risico willen lopen, dan is het goed om tijdig dit verzoek in te dienen. Dit geldt vooral wanneer rechtsherstel op basis van de spaarvariant lager uitvalt dan wanneer op basis van het werkelijk rendement zou worden gecompenseerd (bijvoorbeeld bij beleggingsverliezen). De termijn voor het indienen van dit verzoek voor het jaar 2017 loopt af op 31 december 2022, dus dien het verzoek voor dat jaar dan nog in 2022 in. De kans is klein dat u in de toekomst (door de rechter) in het gelijk wordt gesteld, maar niet onmogelijk.

  1. Verlaag uw vermogen

Probeer nog voor de peildatum van 1 januari uw box 3-vermogen te verlagen. U kunt bijvoorbeeld uw kleine schulden in een keer aflossen, privéaankopen naar voren halen, openstaande belastingaanslagen betalen of overweeg om een aanbetaling te doen voor de verbouwing die u volgend jaar laat uitvoeren.

Let op

Een bijkomend voordeel van het verlagen van het box 3-vermogen kan zijn dat dit ook positieve gevolgen kan heeft voor de hoogte van eventuele toeslagen.

  1. Denk aan de persoonsgebonden aftrek

Probeer uw inkomen en aftrek zo veel mogelijk op elkaar af te stemmen. De persoonsgebonden aftrek, waaronder giften, alimentatie en zorgkosten komt in mindering op het inkomen in box 1. Een eventueel restant is aftrekbaar van het inkomen in box 3 en vervolgens van het inkomen in box 2.

Let op

Houd er verder rekening mee dat de persoonsgebonden aftrek dit jaar nog tegen 40% aftrekbaar is in box 1 (in 2023 tegen circa 37% aftrekbaar).

  1. Maak gebruik van versoepelde betalingsregeling

Indien u moeite heeft met het betalen van de termijnbedragen van de betalingsregeling die u heeft getroffen met de Belastingdienst dan kunt u onder voorwaarde de Belastingdienst verzoeken de betalingsregeling (tijdelijk) aan te passen.

Let op

De aanpassing heeft gevolgen voor het termijnbedrag, het bedrag aan invorderingsrente en de looptijd van de betalingsregeling.

Wat zijn de mogelijkheden?

  • Eén keer een betaalpauze van maximaal zes maanden of twee aaneengesloten kwartaaltermijnen;
  • per kwartaal betalen, in plaats van per maand;
  • maximaal zeven jaar (84 maanden) afbetalen van uw belastingschuld, in plaats van vijf jaar (60 maanden).
  1. Betaal eigen-woningrente vooruit

Aangezien het aftrektarief van de eigen-woningrente (hypotheekrente) jaarlijks daalt (tot circa 37% in 2023), doet u er verstandig aan om de eigen-woningrente vooruit te betalen. Zo profiteert u dit jaar nog van een hoger aftrektarief van 40% in box 1.

Let op

Als u dit jaar ook (hypotheek)rente vooruitbetaalt voor de periode na 30 juni van het volgende jaar, dan is deze rente dit jaar niet helemaal aftrekbaar, maar kan de aftrek in de jaren worden geclaimd waarop de rente betrekking heeft.

13.06.2022 Ruimere betalingsregeling bij Belastingdienst

Tijdelijke wijziging Leidraad Invordering.

De maximale termijn van een reguliere betalingsregeling bij de Belastingdienst is twaalf maanden, gerekend vanaf de uiterste betaaldatum van de belastingaanslag. Nu de invordering van openstaande belastingschulden weer is opgestart, blijkt dat sommige ondernemers niet in aanmerking kunnen komen voor deze reguliere betalingsregeling. Dit vindt de staatssecretaris niet wenselijk. Daarom heeft hij besloten om tijdelijk toe te staan dat de ontvanger een betalingsregeling kan toekennen voor een maximale looptijd van twaalf maanden, gerekend vanaf de datum waarop de ontvanger de betalingsregeling bij beschikking toestaat.

Met ingang van 1 april 2022. Deze goedkeuring geldt voor alle verzoeken om uitstel van betaling die ondernemers tot en met 30 september 2022 indienen, ook als verzoeken reeds voor 1 april 2022 zijn ingediend en de Belastingdienst daar nog niet op heeft geantwoord.

De staatssecretaris heeft tijdelijk betalingsuitstel mogelijk gemaakt voor maximaal twaalf maanden. Dit betreft niet het bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis.

27.05.2022 Woning kind via de BV, ook vanaf 2023?

Vanaf 2023 mag u als dga niet te veel schulden hebben bij uw BV. Dat geldt niet voor de financiering van uw eigen woning. Maar hoe zit het met de financiering van de woning van een kind of kleinkind en wat zijn de mogelijkheden nog vanaf 2023?

 

Excessief lenen bij eigen BV aangepakt
Vanaf 2023 krijgen dga’s hoogstwaarschijnlijk te maken met de Wet excessief lenen bij eigen vennootschap. In het kort bepaalt deze wet dat u als dga niet meer dan € 700.000 schuld bij uw BV mag hebben. Over het meerdere betaalt u in box 2 26,90% (tarief 2022) belasting. Daarnaast mag u wel bij uw BV een hypothecaire lening afsluiten voor een eigen woning.

Grens geldt ook voor uw (klein)kind

Verbonden personen
De grens voor wat betreft lenen bij uw BV geldt ook voor verbonden personen. Dit zijn de bloed- en aanverwanten in de rechte lijn en heeft in de praktijk vooral betrekking op uw kinderen en kleinkinderen. Ook zij mogen maar maximaal € 700.000 bij uw BV lenen. Lenen ze meer, dan is dit bij hen belast als ze zelf een aanmerkelijk belang in uw BV (minimaal 5% van de aandelen) hebben. Hebben ze dit niet, dan zijn de aanmerkelijkbelanghouders de klos. Meestal bent u dat dus. Pas dus op met te grote leningen aan uw kinderen.

Uitzondering voor eigenwoninglening
Het valt voor kinderen tegenwoordig niet mee om als starter op de woningmarkt een geschikte woning te vinden en deze gefinancierd te krijgen. Gelukkig bevat het wetsvoorstel over excessief lenen bij de eigen BV, net als voor u, ook voor uw (klein)kinderen een vrijstelling voor een hypothecaire lening ten behoeve van een eigen woning.

Voorwaarden voor fiscale renteaftrek
Houd er rekening mee dat deze lening van de BV wel moet voldoen aan de voorwaarden voor aftrek van de rente in box 1. Dit betekent onder meer dat de lening minimaal lineair of annuïtair in 30 jaar moet worden afgelost. Als er niet aan alle voorwaarden wordt voldaan, vervalt niet alleen de renteaftrek, maar wordt de lening van de BV dus ook niet vrijgesteld en kan belastingheffing het gevolg zijn. Omdat uw BV geen reguliere geldverstrekker is, gelden er bovendien extra voorwaarden omtrent het verstrekken van informatie aan de Belastingdienst over de lening, zoals de rentevoet.

Voordelen
Een lening via uw BV kent voor beide partijen tal van voordelen. Zo kan uw kind makkelijker een lening krijgen tegen betere voorwaarden en met minder extra kosten. U helpt bovendien uw kind aan woonruimte, terwijl uw BV een redelijk rendement haalt op een investering met weinig risico.
Bij een hoger risico kan uw BV ook iets meer rente vragen en kunt u dit privé eventueel (deels) weer terugschenken aan uw kind.

Extra voorwaarde vanaf 2023
Voor nieuwe eigenwoningleningen geldt vanaf 2023 dat er een recht van hypotheek moet zijn gevestigd bij de BV.
Voor eigenwoningleningen die op 31 december 2022 al bestaan, geldt deze voorwaarde niet. Zou u deze voorwaarde willen omzeilen, dan moet de lening dus nog dit jaar afgesloten worden.

Zakelijkheid blijft
Ook onder het nieuwe wetsvoorstel blijft de zakelijkheid van een verstrekte lening overeind. Zorg er dus voor dat verstrekte leningen goed worden vastgelegd, inclusief voorwaarden, rentebetalingen en onderpanden. Zo voorkomt u dat een onzakelijke lening als uitdeling aan u als dga wordt aangemerkt.

Overigens staat op datum van dit artikel het wetsvoorstel nog niet definitief vast en kan dit dus nog wijzigen.

16-5-2022 Bescheiden van bedrijf bewaren of vernietigen?

Wettelijk bent u verplicht om bescheiden en andere gegevensdragers die (fiscaal) relevant kunnen zijn, zeven jaar te bewaren. Dat betreft dan met name de primaire administratie, zoals het grootboek en de vastlegging van debiteuren, crediteuren, in- en verkoop, voorraad en loonadministratie.
Hier zijn echter uitzonderingen op. Soms, met name bij onroerendgoedtransacties, is het zaak die bescheiden minimaal negen jaar te bewaren, in verband met de eventuele fiscale herzieningsperiode voor de btw. De onderstaande tabel geeft een overzicht met bewaartermijnen.

Documenten

 

Bewaar-termijn

 

Bewaren vanaf

 

Algemene administratie

 

7 jaar

 

Vanaf 1 januari na start administratie boekjaar

 

Facturen

 

7 jaar

 

Na opstellen c.q. ontvangst factuur

 

Gegevens loonadministratie (fiscaal belang)

 

5 jaar

 

Vanaf het einde van het kalenderjaar waarin de dienstbetrekking is geëindigd

 

Gegevens personeelsdossier (géén fiscaal belang) getuigschriften, correspondentie, ontwikkelingsplan, etc.

 

2 jaar

 

Twee jaar na uitdiensttreding

 

Jaarrekening en accountantsverklaring

 

7 jaar

 

Vanaf datum goedkeuring jaarrekening

 

Administratie van een ontbonden rechtspersoon, inclusief bescheiden en gegevensdrager

 

7 jaar

 

Na ontbinding rechtspersoon

 

Gegevens bedrijfsmatig onroerend goed

 

9 jaar

 

Volgend op het jaar van ingebruikname

 

Dividendnota’s

 

5 jaar

 

Na opstellen

 

Subsidieadministratie

 

7 jaar

 

Vanaf datum opstellen

 

Werknemers die aan gevaarlijke stoffen worden blootgesteld; arbeidsgezondheidskundig onderzoek en lijsten van werknemers die zijn blootgesteld aan kankerverwekkende stoffen en asbest 40 jaar

 

Vanaf beëindiging van de blootstelling aan gevaarlijke stoffen

 

16.05.2022 Excessief lenen bij eigen BV voorkomen

Vanaf 2023 mag u samen met uw partner nog tot € 700.000 onbelast lenen van uw eigen BV(‘s). Het meerdere wordt belast met 26,9% (tarief 2022) inkomstenbelasting. Wat kunt u doen om deze belastingheffing te voorkomen?

Lenen van uw BV is fiscaal gezien de voordeligste manier om geld uit uw onderneming te halen. Keert u namelijk een deel van de winst uit als dividend, dan is deze uitkering met 26,9% belast in box 2. Als u dit uit zou keren in de vorm van een salarisverhoging, is deze uitkering bij u progressief belast in box 1. Bij een lening bent u echter niet meteen belasting verschuldigd.

Als er echter sprake is van excessieve leningen, vindt het kabinet dat het niet meer om een lening gaat, maar om een uitdeling aan de aanmerkelijkbelanghouder. Hierbij hebben zij de grens nu gesteld op een bedrag van € 700.000. Het meerdere wordt dan automatisch belast met 26,9% inkomstenbelasting.
Leningen bij uw BV ter financiering van uw eigen woning tellen niet mee bij dit bedrag!

Deze regeling gaat niet alleen gelden voor u als aanmerkelijkbelanghouder, maar ook voor uw partner. De schulden van u en uw partner worden daarom samengeteld. Het maakt hierbij niet uit wie van u deze schulden zijn aangegaan.
Ook leningen vanuit de BV aan uw (klein)kinderen en uw (groot)ouders vallen onder deze regeling. Voor ieder van deze verbonden personen wordt (tezamen met de partner) apart beoordeeld of de schuld meer bedraagt dan € 700.000. Het meerdere wordt bij u als aanmerkelijkbelanghouder belast.

De invoeringsdatum van deze regeling is vooralsnog 1 januari 2023. Dit betekent dat de Belastingdienst voor het eerst op 31 december 2023 gaat toetsen of uw schuld excessief is. U heeft dan ook tot deze datum de tijd om de bovenmatige schulden zo veel mogelijk af te lossen.


Aflossen:
Als u privé voldoende liquide middelen heeft, kunt u daarmee (het bovenmatige deel van) de lening bij de BV aflossen.

(Onbelast) terugbetalen van kapitaal:
Heeft u een aanzienlijk aandelenkapitaal gestort in uw BV, dan kunt u dit kapitaal onbelast terugbetalen voor zover de teruggaaf niet meer bedraagt dan de verkrijgingsprijs van uw aandelen. Uw schuld kan vervolgens verminderd worden met deze terugbetaling.
Deze terugbetaling moet altijd via de notaris plaatsvinden.

Dividend uitkeren:
Een andere mogelijkheid is om dividend aan uzelf uit te keren. Deze dividenduitkering kan dan verrekend worden met de schuld die u heeft aan uw BV.
Over deze dividenduitkering bent u wel 26,9% inkomstenbelasting verschuldigd.

Vastgoed verkopen:
Als u privé vastgoed heeft, kunt u overwegen om het vastgoed te verkopen aan de BV (of aan een derde) en met de verkoopopbrengst de lening af te lossen.
Bij een overdracht aan de BV is deze wel 8% overdrachtsbelasting verschuldigd. Er is voor gepleit om voor deze overdracht ter aflossing van het bovenmatige deel van de lening een tijdelijke vrijstelling voor de overdrachtsbelasting te faciliteren. Het kabinet ziet hier echter niets in.

Herfinancieren:
U heeft ook de mogelijkheid om uw schuld (deels) te herfinancieren, bij bijv. een bank, familie of vrienden.

12-5-2022 Minimumloon per 1 juli 2022

Vanaf 21 jaar. Alle werknemers vanaf 21 jaar hebben recht op het wettelijk minimumloon. Dit is het loon dat zij minimaal moeten ontvangen als zij werken. Voor jongere werknemers geldt het minimumjeugdloon.

Volledige werkweek. De bedragen van het wettelijk minimumloon gelden voor een volledige werkweek. Meestal is dat 36, 38 of 40 uur per week. Dit hangt af van de sector en de mogelijke cao-afspraken die er voor deze sector gelden. In deze cao-afspraken staat hoelang een normale werkweek duurt. In supermarkten is bijv. een volledige werkweek 40 uur. In de horeca en de glastuinbouw is dat 38 uur per week.

Wettelijk minimumloon vanaf juli 2022
De minimumloonbedragen worden uitgedrukt in bedragen per maand, per week en per (werk)dag. Een uniform wettelijk minimumuurloon kent de wet niet. Het uurloon kan per sector verschillen, afhankelijk van het aantal uren dat als normale arbeidsduur geldt. Het wettelijk brutominimumloon (WML) voor werknemers van 21 jaar en ouder bij een volledig dienstverband wordt per 1 juli 2022:

  • € 1.756,20 per maand (was € 1725)
  • € 405,30 per week (was € 398,10)
  • € 81,06 per dag (was € 79,62)

Weliswaar begint de laagste loonschaal in veel cao’s met een salaris boven het WML-bedrag, maar als er geen cao is, moet de werkgever ten minste het wettelijk minimumloon betalen. Overigens behoort een forsere verhoging van het wettelijk minimumloon tot de mogelijkheden. Bij de kabinetsformatie ligt dit voorstel op tafel, omdat het voor mensen met een minimumloon nauwelijks mogelijk is om goed rond te komen.

Minimum(jeugd)loon naar arbeidsduur
Het minimumjeugdloon wordt afgeleid van het wettelijk minimumloon. Het uurbedrag van het minimumloon en het minimumjeugdloon is afhankelijk van de leeftijd en de omvang van de gebruikelijke werkweek. Het brutominimumloon per uur per 1 juli 2022 bij een normale arbeidsduur voor een fulltime dienstverband is:

Leeftijd 36 uur per week 38 uur per week 40 uur per week
21 jaar en ouder € 11,26 € 10,67 € 10,14
20 jaar € 9,01 € 8,54 € 8,11
19 jaar € 6,76 € 6,40 € 6,08
18 jaar € 5,63 € 5,34 € 5,07
17 jaar € 4,45 € 4,22 € 4,01
16 jaar € 3,89 € 3,69 € 3,50
15 jaar € 3,38 € 3,20 € 3,04

Brutominimumloon per uur voor werknemers die werkzaam zijn op basis van een arbeidsovereenkomst die is aangegaan in verband met een basisberoepsbegeleidende leerweg (BBL) per 1 juli 2022 bij een normale arbeidsduur voor een fulltime dienstverband van:

Leeftijd 36 uur per
week
38 uur per
week
40 uur per
week
20 jaar € 6,93 € 6,56 € 6,24
19 jaar € 5,92 € 5,60 € 5,32
18 jaar € 5,13 € 4,86 € 4,61

15-04-2022 UWV-overzicht jeugd-LIV over 2021 checken t/m 1 mei 2022

Loontegemoetkoming jeugd-LIV

Als u jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 20 jaar in dienst heeft die het minimumjeugdloon verdienen, dan heeft u, indien u voldoet aan de voorwaarden, recht op de tegemoetkoming verhoging minimumjeugdloon (jeugd-LIV).
U heeft als werkgever recht op het jeugd-LIV als uw werknemer voldoet aan vier voorwaarden:
– hij is verzekerd voor een of meer werknemers­verzekeringen;
– hij geniet loon uit tegenwoordige arbeid in een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 3 tot en met 6 van de Ziektewet;
– hij is op 31 december van het voorgaande kalenderjaar: 18, 19 of 20 jaar oud;
– hij heeft een gemiddeld uurloon dat binnen de uurloongrenzen van het desbetreffende kalen­der­jaar valt.

Voor het jeugd-LIV 2021 gelden de hiernavolgende uurloongrenzen.

Leeftijd op 31 december 2020 Gemiddeld uurloon in 2021 is minimaal Gemiddeld uurloon in 2021 is lager dan
20 jaar € 8,43 € 10,48
19 jaar € 6,32 € 9,38
18 jaar € 5,27 € 7,04

Hoogte jeugd-LIV 2021

Leeftijd op 31 december 2020 Per werknemer per verloond uur (2021) Maximaal per werknemer per jaar (2021)
20 jaar € 0,30 € 613,60
19 jaar € 0,08 € 166,40
18 jaar € 0,07 € 135,20

Als u in aanmerking komt voor het jeugd-LIV, dan ontvangt u hiervan automatisch een bericht van het UWV. U hoeft het jeugd-LIV dus niet aan te vragen. Het UWV stelt op basis van de verloonde uren in uw aangiften loonheffingen en eventuele correcties vast voor welke werknemers het recht bestaat op jeugd-LIV.

2021 herstellen tot en met 1 mei 2022

Jeugd-LIV 2021 wel checken

Indien u recht heeft op het jeugd-LIV 2021, dan heeft u voor 15 maart 2022 van het UWV een voorlopige berekening jeugd-LIV 2021 ontvangen. Het UWV heeft deze voorlopige berekening opgesteld aan de hand van de aangiften loonheffingen (rubriek verloonde uren) en de correcties die u over 2021 tot en met 31 januari 2022 heeft ingediend. Het is zaak dat u de voorlopige berekening goed controleert. Verzorgt uw adviseur de loonheffingen, geef hem dan een kopie van de voorlopige berekening.
Heeft u een fout gemaakt in de aangiften loonheffingen 2021, bijv. omdat u de rubriek verloonde uren niet juist heeft ingevuld, dan kunt u dit nog herstellen tot en met 1 mei 2022 door een correctiebericht in te dienen bij de Belastingdienst. Doet u dit niet of bent u te laat, dan loopt u het jeugd-LIV 2021 deels of in zijn geheel mis. Heeft u de loonaangiften 2021 wel juist ingevuld, maar klopt de voorlopige berekening niet of heeft u geen voorlopige berekening jeugd-LIV 2021 ontvangen, terwijl u wel van mening bent dat u hier recht op heeft, dan kunt u bellen naar de UWV Telefoon Werkgevers: (088) 898 92 95. Het jeugd-LIV over het jaar 2021 wordt uiterlijk op 12 september 2022 door de Belastingdienst betaald.

15-3-2022 De jubelton per 1 januari 2023 fors lager

Zoals bekend, kan iemand tussen de 18 en 40 jaar een belastingvrije schenking voor de eigen woning krijgen van € 106.671 (2022), de zogenaamde ‘jubelton’. Deze regeling wordt per 1 januari 2023 flink beperkt.

Pas per 2024 afgeschaft. De belastingvrije schenking voor de eigen woning moet gebruikt worden voor de aankoop, de verbetering of het onderhoud van de eigen woning of om de eigenwoningschuld mee af te lossen. Het kabinet heeft in het regeerakkoord opgenomen dat deze jubelton gaat verdwijnen. Omdat het de Belastingdienst niet lukt om de systemen snel aan te passen, zou het afschaffen van de jubelton pas per 1 januari 2024 kunnen plaatsvinden.

Wel al per 2023 verlaagd. Het kabinet heeft op verzoek van de Tweede Kamer gekeken of het mogelijk was deze schenkingsvrijstelling al per 2023 af te schaffen of te verlagen. Conclusie was dat afschaffing niet mogelijk was, maar een verlaging wel. Naast de schenkingsvrijstelling voor de eigen woning bestaat de mogelijkheid voor ouders om hun kind eenmalig een bedrag van € 27.231 belastingvrij te schenken dat het kind vrij mag besteden. In 2023 wordt de schenkingsvrijstelling voor de eigen woning naar ditzelfde bedrag verlaagd. Ouders kunnen dan dit bedrag aan hun kind schenken voor de eigen woning of voor vrije besteding. Beide kan niet.

Vooruitlopend op de afschaffing van de jubelton per 1 januari 2024, wordt de schenkingsvrijstelling eigen woning per 1 januari 2023 verlaagd tot € 27.231. Door dit jaar nog een bedrag voor de eigen woning te schenken, kan er een fors bedrag aan schenkbelasting bespaard worden.

8-3-2022 Schenkingsvrijstelling eigen woning al per 2023 verlaagd

De schenkingsvrijstelling eigen woning (jubelton) wordt per 1 januari 2023 verlaagd tot € 27.231. De vrijstelling zal per 1 januari 2024 helemaal worden afgeschaft, zoals ook afgesproken in het coalitieakkoord. Dat heeft het kabinet besloten.

Op 1 maart 2022 werd al bekend dat het mogelijk is om per 1 januari 2023 de schenkingsvrijstelling voor de eigen woning te verlagen, waarbij het de meest logische keuze is het bedrag van de eenmalige verhoogde vrijstelling tussen ouders en kinderen (€ 27.231) als minimale ondergrens te hanteren. Een lagere vrijstelling zou de begrijpelijkheid voor de burger niet ten goede komen.

Het verlagen van de schenkingsvrijstelling eigen woning wordt opgenomen in het wetsvoorstel Belastingplan 2023.